Een kort verslag. Eerst was ik profetisch, en net toen ik dacht er kijk op te hebben werd het tegendeel bewezen. Maar met drie prachtige vissen hoort u mij voorlopig niet klagen. Lees en kijk ook vooral naar de plaatjes van een paar prachtige en indrukwekkende vissen die in ons boezemwater rondzwemmen.
Een week geleden begon ik met voeren. Met de oranje fruitknikkers. Twee keer om de dag en daarna drie keer elke dag anderhalve kilo per stek. Ik hou niet van een halfbakken aanpak.
Woensdagavond om 6 uur lagen alle hengels in, die van Mike iets eerder dan die van mij. Een uurtje later wilde ik net tegen Mike zeggen: “van mij mag die aanbeet nu wel komen”, toen ik halverwege de zin ruw werd onderbroken door een erg eenvoudige muzikale compositie. Een monotone pieptoon kondigde een keiharde aanbeet aan. In de paar tellen die ik nodig had om de hengel te bereiken had de vis ruim 30 meter lijn van de molen getrokken. Toen ik overschakelde van de vrije loop op de gewone slip sloeg in de verte een vis een krater in het wateroppervlak. Zeker 20 vierkante meter water werd vlak geslagen in de golven. Het voelde meteen goed. De wind liet de snaarstrakke lijn fluiten. Pas na een handvol minuten liet de vis zich voor het eerst zien. “Hij is groot” zei ik. “Hij is hoog” reageerde Mike. Het duurde nog een paar minuten voordat Mike de vis kon scheppen. Een prachtige zwaargebouwde spiegel was mijn prijs. Laat me u niet vervelen met meer tekst. De foto zegt genoeg.
De wijzer van de unster stopte een fractie voor de 15 kilo streep. Maar dan ook echt een fractie, een paar boilies meer opsmikkelen was genoeg geweest. Een vis in de categorie zoals ik die al zo lang wil vangen. “Je hebt het geluk aan je kont hangen” zei Mike. Ik kon het niet ontkennen. Omdat hij zo mooi is nog maar een plaatje, gemaakt tijdens de release.
Een uur later was het Mike die zijn krakende receiver hoorde gillen. Waar ik zelfs tijdens de dril van een knolletje mijn knieën voel knikken staat Mike daar alsof dit dagelijks kost is. Vakkundig zorgt hij dat de vis vermoeid raakt en niet veel later is het mijn beurt om een grote spiegel te scheppen.
Voor de tweede keer deze avond schoof de wijzer op de unster ruim voorbij de 10 kilogram streep. De rollen waren dit keer omgekeerd, ik mocht de plaatjes schieten en Mike mocht het zware werk doen.
In andere tijden hadden we elkaar op de schouders geslagen. Dit keer besloten we er een biertje op te drinken. Voor speciale gelegenheden, en die zijn er altijd wel, gaat er standaard een koud flesje mee in de tas.
Plan was om tot 23.00 uur te vissen. Het was rond half 10 dat Mike zijn hengels opnieuw inlegde. Dit nu en dan doen is niet onverstandig. Even controleren of de haak nog scherp is, of de boilie er nog goed aan hangt, of de boel niet in het slib is weggezakt en meteen ook wat verse voerboilies in de buurt van het aas. Een stringertje, bestaande uit wateroplosbaar PVA draad met daarop een handvol boilies geregen, bindt hij daarvoor aan zijn haak.
Toen het aas van zijn tweede hengel op een meter of vijf van het doel met een plons in het water kwam was hij zichtbaar ontevreden. Dat ligt niet lekker, zei hij. Ik sprak de wijze woorden “je kunt nu drie kwartier gaan twijfelen en dan alsnog opnieuw inleggen, maar beter maak je een nieuw stringertje en gooit nu opnieuw in”. Mike liet zich overtuigen. Gelukkig was hij zo verstandig om eerst wat boilies op een PVA draadje te rijgen, want hij had de fleurnaald nog niet gepakt of de waker van de pas ingegooide hengel knalde omhoog. Klaarblijkelijk was een vis op de plons afgekomen en had meteen de boilies gepakt. Voortaan houd ik mijn mond.
Ook met de grote schubkarper was Mike zichtbaar in zijn nopjes. Opnieuw was een mooie vis het lijdend voorwerp in onze fotografie. Even later mocht ook deze kneiter terug het troebele IJmeer in.
De stek loopt, de boilies worden gewaardeerd en de verbeterde rigjes leveren vis op. Hier gaan we nog even door. Maar eerst blijf ik nog even nagenieten. Wat een visdag, wat een spiegels, wat een succes! Ik spreek u later weer. Tot dan!