Elke dag een pondje voeren op de Vechtstek. Grote boilies zodat er altijd iets ligt voor passerende karpers. Dat was mijn tactiek en daarmee moest het gebeuren. Al weer bijna twee weken voer ik nu. Van mezelf mag ik maximaal 1 keer per week op deze stek vissen, maar na een week voeren is het nog even zoeken naar een geschikt moment om te gaan vissen. Eergisteren, vrijdagavond, was het zover.
Allereerst waarom ik graag op de Vecht vis: dat is heel simpel, ik vang hier gemiddeld grotere vissen en heb een grotere kans op een spiegelkarper. Onderstaande grafiekje, gebaseerd op meer dan 180 karpervangsten in de laatste vijf jaar laat dat duidelijk zien.
Het is natuurlijk wel zo dat als ik op de Vecht twee keer zo lang moet wachten op een aanbeet ik weer bijna net zo goed op het IJmeer kan gaan karperen.
Afgelopen week kreeg ik al alarmerende signalen door van de dierenwereld. Waar meerkoeten mijn stek de afgelopen tijd met rust lieten waren ze er sinds het begin van de afgelopen week als de kippen bij om mijn boilies op te duiken. Ineens hebben ze het ontdekt. Zijn de karpers mijn boilies zat en blijft er nu voer liggen voor de koeten?
Dan vrijdagavond. Met het bootje strak tegen het riet lagen beide hengels om 20.00 uur in. Ik had een kleine drie uurtjes, daarin moest het gebeuren. De ene keer komen ze snel, de andere keer pas na middernacht. Als dat laatste het geval is heb ik pech. Ik lig dan al lang en breed thuis op één oor.
Vijf keer moest ik in actie komen. Helaas in alle gevallen om een brasem te onthaken. 20 millimeter met een halve pop-up erboven past net in de bek.
Toen ik vlak voor 23.00 uur de hengels indraaide kon het evalueren beginnen. Waarom heb ik geen karper gevangen? Zelf kom ik tot een aantal mogelijke verklaringen.
Ik vis maar kort. Als de karpers hier vanwege de zomerdrukte vooral na middernacht gaan dineren, of toevallig tussen 20.00 en 23.00 net even een mosselbankje een stukje verderop bezochten dan vis ik gewoon achter het net. Misschien moet ik het eens ‘s ochtends vroeg proberen. Of toch een keer iets langer blijven.
Als andere mogelijke reden kan ik bedenken dat ik een aantal vissen uit deze regio al meerdere keren heb gevangen. Wie mijn blog volgt weet ondertussen dat een rijenkarper elk jaar wel even langs komt. Wie mijn rijen niet kent kan hier meer lezen over deze vis en mijn vangsten. Maar behalve deze rijenkarper heb ik ook andere vissen al vaker gevangen. Zo ben ik vrij zeker dat op de onderstaande foto’s steeds dezelfde vis staat. Let op de stompe kop en de grote staart.
Alle drie de vangsten waren redelijk in dezelfde buurt. Dit soort vissen zullen, nu ik hier vis, langzamerhand wel wat voorzichtiger worden en dus lastiger vangbaar. Plus dat ze de stek waar ik vis ondertussen als gevaarlijk gaan zien. En als zij niet gretig azen op mijn stek zullen ze passerende vissen ook niet over de streep trekken om mee te komen eten. Stek-dressuur dus.
Het kan ook gewoon pech zijn natuurlijk. Misschien pakte net een brasem de boilie toen de karper langskwam. Of lag mijn aas niet vrij toen de vis het probeerde te pakken. Vissend uit een schommelende boot en met een vlijmscherpe haak die los onder het aas hangt kan er van alles gebeuren. Er ligt hier veel rommel op de bodem en een haak zet zich snel ergens in vast. En dan kan een karper nog zo zijn best doen, gehaakt worden gaat niet lukken.
Aangezien ik hier ook veel ‘passanten’ heb gevangen, vissen die ik 1 keer ving en daarna nooit weer, denk ik dat vooral de timing een rol speelde. Je moet het net treffen dat zo’n passant even blijft hangen. En of je met boilies die vooral uit koolhydraten bestaan vissen weken kunt vasthouden op je stek waag ik te betwijfelen. Na twee weken elke dag gebak vermoed ik dat ik op een gegeven moment ook een keer zou overslaan. Of het gebakje laat staan tot een ander moment.
Komende week ga ik eerst weer eens op een gemakkelijkere stek zitten maar wie weet volgt daarna weer een poging op de Vecht. Ik stop nu even met dagelijks voeren, maar zal een dag of vier, misschien vijf van te voren weer beginnen. Even een paar dagen geen gebak. Misschien dat de eetlust daarna weer wat toegenomen is. Tot later!