Nee, dit bericht gaat niet over corrigerend ondergoed. Als je slappe billen en een hangbuikje hebt moet je je levensstijl aanpassen, niet je ondergoed. Maar laat ik ter zake komen, dit bericht gaat uiteraard over vissen, en dan met name over de molen. Gisteren was het weer zover, ik verspeelde opnieuw een karper door lijnbreuk. Ik baal natuurlijk als een stekker, maar ik denk te weten hoe het komt. Het is zo logisch en dus ligt de oplossing voor de hand. Loop een stukje met me mee.
Gisteravond viste ik op de Vecht. Aan weerszijden van een zijtak voerde ik op de beide hoeken van de afslag 4 dagen met Spicy Seven boilies. Ik heb in een tekeningetje de situatie weergegeven.
Mijn hengels staan in het water bij een opening in het riet, dit is nodig om “om het bochtje” te kunnen vissen. Met het bootje vaar ik mijn aas uit. Zo weet ik zeker dat dit perfect tegen de rietkraag aan ligt.
Het is tegen 8 uur s avonds dat beide hengels in liggen. Ik heb maar tot 11 uur, dus het moet snel gebeuren. In de eerste twee uurtjes vang ik twee brasems. Eén brasem aanbeet weet ik gedeeltelijk vast te leggen met mijn telefoon.
De brasems zelf onthaak ik in het water. Geen foto’s van de vissen dus.
Dan is het even stil. Het is tegen half 11 dat ineens de hengel onder de eigen kant een keiharde karperaanbeet krijgt. Ik stap het water in, pak de hengel en draai de slip iets vaster en leg dan verantwoord druk. Al met al kost dit een paar seconden. Ik voel een behoorlijke weerstand, duidelijk leven aan de andere kant van de lijn en begin langzaam de vis dichterbij te pompen. Langzamerhand echter krijg ik het idee dat ik aan iets doods aan het trekken ben. Als er uiteindelijk een flinke tak boven water komt lijkt dit te kloppen. Even denk ik nog een vis te voelen, maar als ik de tak uit de lijn heb komen mijn lood en een gebroken onderlijntje boven water.
Dat de onderlijn uiteindelijk breekt is goed, ik heb dit bewust als zwakste schakel in het geheel ingebouwd. Er moet toch iets kapot kunnen mocht een vis zich vast zwemmen en dan liefst zo dicht mogelijk bij de haak. Die onderlijntjes, daar mankeert mijns inziens niets aan. Nee, het probleem zit hem aan de andere kant van de lijn.
Sinds een paar weken geleden mijn hengel bijna de Vecht in schoot bij een aanbeet ben ik met een veel lossere baitrunner-slip gaan vissen. Dit betekent dat de spoel bij een aanbeet heel gemakkelijk lijn vrijgeeft. Pas als ik de echte “gevechts-slip” activeer komt er serieuze spanning op de lijn en druk op de vis. Bij mijn nieuwe molens draai ik de slip ook steeds maximaal los als de hengels in de steunen liggen.
Ik heb er over nagedacht en kom tot twee enorme nadelen van mijn huidige aanpak. Het eerste is dat de vis de eerste tellen na een aanbeet ongehinderd kan gaan waar hij wil en dus meteen op snelheid kan komen en een obstakel in de buurt kan opzoeken. Een tweede nadeel is dat er minder spanning op de lijn staat waardoor het haakje minder diep penetreert en waardoor sneller een bocht in de lijn ontstaat tussen de hengel en de vis. Het ene nadeel leidt tot lijnbreuk, het tweede tot losschieters.
Afgelopen week heb ik al betere hengelsteuntjes aangeschaft. Mijn achtersteuntjes bestaan sinds kort uit zogenaamde rod-locks, steuntjes die de hengel vast klemmen.
Deze kunnen dus niet meer het water in schieten bij een aanbeet. Er is geen reden meer om de vrijloop-slip dus niet wat strakker te zetten. En dat ga ik de volgende keer doen. Hopelijk vang ik dan weer alle karpers die van mijn boilies snoepen.
In conclusie: ik heb weer aanbeten gehad op mijn Spicy Seven boilies, maar moet mijn aanpak verbeteren. Ik denk de oplossing te hebben gevonden in een strakkere vrijloop-slip. Hopelijk pluk ik komend weekend de vruchten van mijn geredeneer.
Tot de volgende keer maar weer!