Nieuwe stek, eerste aanbeet, nog geen vis

Arrogant als ik ben, zou ik dit varkentje wel even wassen. De nieuwe stek heeft alles wat ik me kan wensen: een mooi gemaaid graskantje voor m’n stoel, een brug, een haven, wat stroming, een mooi taludje en twee plekjes voor m’n hengels, op respectievelijk twee en drie meter diepte. De auto kan ook nog eens op minder dan honderd meter afstand geparkeerd worden. En vanaf de brug kan ik het aas zo op de beoogde stek laten zakken—een paar handjes voer eromheen en de vis kan al bijna geteld worden. In de Randstad zou je hier nummertjes moeten trekken, maar hier in Friesland zijn er te veel stekken en maar weinig karpervissers. Tenminste op open water. Ik kon het bijna niet geloven en dus voerde ik voor de zekerheid ook nog op een back-up stek. Achteraf onnodig.

Twee keer op rij voerde ik met een mix van 20- en 27 mm-boilies, beide keren zo’n 2,5 kilo. De grotere ballen gebruik ik om te voorkomen dat ik alleen maar brasems vetmest. Met de Deeper Chirp verkende ik tussendoor nog even de stek. Onder de brug staat vlak bij de kant nog geen meter water, maar direct ernaast duikt de bodem naar twee meter diepte. Wat wil je nog meer? Daar komt sowieso een hengel te liggen. De andere gaat op zo’n 20 meter uit de kant, waar het drie meter diep is en de bodem hard.

Dinsdagavond is mijn visavond deze week. Ik kies bewust voor dat moment om andere waterrecreanten te vermijden. De voorspelde lichte regen? Helemaal prima — ook dat scheelt drukte. Een overblijfsel van jarenlange indoctrinatie in de veel te drukke Randstad. Hoe lang duurt het eigenlijk voordat je dat weer afleert?

Vismaat Mike uit een vorig visleven is op de hoogte van mijn plannen. Zit je al? is de vraag die ik om 20:26 uur via WhatsApp binnenkrijg. Ik stuur een fotootje. Mike krijgt spontaan zin in een avondje vissen in Friesland.

de hengels staan op de nieuwe stek

ik stuur een fotootje van mijn nieuwe stek

Dan ineens knalt de hengel voor de kant krom. Snel grijp ik hem, om te voorkomen dat de vis op snelheid komt en de steigers van de haven bereikt. Na wat gerommel met de baitrunner-slip heb ik contact. De vis schiet omhoog en slaat met zijn staart het oppervlak tot schuim. Een grote spiegel!

Mijn euforie verandert in afgrijzen als ik doorheb dat het contact met de vis niet rechtstreeks is. De lijn zit vast op de bodem. Doordat de lijn via de bodem loopt en dus naar beneden trekt, kwam de vis omhoog. Er is niks wat ik kan doen — alleen maar afwachten tot het noodlot zich voltrekt. Een paar tellen later is het pleit beslecht: een rafelig floddertje lijn geeft aan waar deze brak. Met trillende knieën zak ik in mijn stoel. Even bijkomen van deze ellende. Online biedt Mike me mentale steun; hij voorspelt een veertigponder. Die blijft uit.

Nog anderhalf uur blijf ik zitten op deze stek. Maar de beetmelders zwijgen koppig en mijn vertrouwen is verdwenen. De volgende keer moet er een dreghaak mee. Even kijken wat me deze mogelijke dertiger heeft gekost — en dat item dan ritueel verbranden. Misschien dat ik met die verbranding de visgoden wat gunstiger kan stemmen.

Er is in ieder geval karper gevonden én gehaakt. Nu nog de dril-skills, die na een jaar afwezigheid roestig zijn geworden, weer oppoetsen tot ze glimmen. En dat obstakel eruit. En die lijnen omhoog. Genoeg te verbeteren dus.

Ik hou u op de hoogte.
Tot later!

Vorige verslag

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.