8 September: Tien twintigers en een dertiger

Welkom bij blog 501. Toen twee weken geleden mijn vriezer gevuld werd met 115 kilogram grote boilies vond ik het meteen tijd om na te denken over een doelstelling met al dat lekkers. Per kg boilies een kg grote karper leek me wel een mooi doel. Nog 10 twintigponds vissen en één dertiger vangen, daar ga ik voor in het resterende deel van het jaar. 

Ik heb afgelopen week de eerste vis in de twintigponds klasse gevangen op mijn grote boilies. Dat was op een voerplek op de Vecht. Terwijl ik op de Vecht bezig was heb ik op mijn nieuwe beoogde ‘grote vissen stek’ ondertussen ook al weer anderhalve week gevoerd. Om de dag 3 kg boilies en vijf kg gekookt duivenvoer, lekker verspreid over zo’n 1000 vierkante meter. Eerst maar eens heel veel vissen attenderen op mijn stek. Dat uitfilteren van de grote karpers komt later wel. Nu, na vijf keer voeren, was het tijd om eens te kijken of er al vis op op het voer afgekomen was.

Met de kano achter de fiets ging ik woensdagavond op weg naar het water. In de kano lagen twee steekstokken, een rodpodhouder (Timmy’s) voor aan de steekstok, een rodpod, een statiefje, mijn hengels, een schepnet, een weigh sling, een voerschep en de onthaakmat. In de fietstassen zaten mijn waadpak en twee emmertjes voer en op mijn rug een rugtas met klein materiaal. Een heel gesleep, maar je moet er wat voor over hebben. 

Na een half uurtje fietsen, een minuut of twintig peddelen en een klein half uurtje om de boel te installeren konden de aasjes te water. Aan de rechter hengel heb ik een 30 mm boilie bevestigd, aan de linker een 27 mm bal. De hengels staan schuin omhoog op de rodpod, gefixeerd met een paar span elastieken. Hier, op zo’n 10 meter van de oever, wil ik geen hengels kwijt raken! Zelf zit ik op de punt van de kano vlak achter de hengels. Bij een aanbeet ben ik er snel bij. Terwijl twee ijsvogeltjes de takken achter me gebruiken als duikplank wacht ik op actie voor mijn neus.

De rodpod via een Timmy’s rodpodhouder gefixeerd aan een steekstok.

Nog geen kwartier duurt het. Een piep. Ik zie hoe de waker heel langzaam omhoog gaat, de top kromt zich. Even kijk ik naar de lijn. Hangt er een wierplakkaat in? Is het de stroming? Nee, niks te zien, dit moet een aanbeet zijn.

Ik pak de hengel. Veel weerstand maar passief. Meter voor meter kan ik met veel moeite iets binnendraaien. Ik voel geen leven, geen rukken aan de lijn. Na een minuut of wat weet ik zeker dat er geen vis aan hangt, maar dat ik een enorme klont wier naar me toe trek. Als de voorslag knoop even later even in het topoog blijft haken heb ik nog 15 meter te gaan. Langzaam zie ik een grote donkere vlek vanuit het donker opdoemen. Inderdaad wier. Maar dan gaat er iets bewegen. Ik denk iets wits te zien. Er zit een vis in het groen. Een brasem? Nee, het gaat door de slip, warempel toch karper! De vis heeft zich met al dat wier rond de kop stil gehouden, maar nu heeft ie door wat er gebeurt. Een paar minuten is er toch nog iets dat op een dril lijkt en dan zit de vis in het net. Een bekende rijenkarper. Dat heb ik meteen gezien. U herkent hem vast ook. Mike had hem vorig jaar en daarvoor had ik hem al een paar keer. De vis mag even in de sling (zie header) terwijl de mat zich vult met lucht. Daarna is het tijd voor een foto en het wegen en meten.

Net als de twee karpers van afgelopen week is ook deze vis 85 centimeter lang. Het is wel de zwaarste van de drie; 12.8 kg geeft de weger aan. Dat kan wel kloppen, afgelopen voorjaar is de vis gemeld op 13 kg. Ik vis op een meer van 700 vierkante kilometer en toch vang ik steeds dezelfde vis. Deze karper houdt duidelijk van mijn boilies! Hieronder foto’s van een aantal eerdere vangsten.

Links (2020, 11.7 kg), Rechts van boven naar beneden 2017 (9.5 kg), 2021 (onbekend) en 2022  (Mike met de vis; 11.4 kg).

De vis mocht weer zwemmen, een nieuwe onderlijn en boilie ging er aan en het spul werd uitgevaren. Wie weet was er nog meer te halen. Nog acht twintigers en één dertiger te gaan!

In het volgende uur kwamen twee aanbeten. De eerste, op de 27 mm boilie, schoot helaas los, de tweede op de 30 mm boilie kwam wel op de kant. Weliswaar geen twintiger, maar wel een heel eind in die richting. 

Een wazig plaatje van een mooie vis!

Bij het uitvaren van mijn aasje na de vangst van de schub sprong ik trouwens iets te vroeg uit de kano. Mijn waadpak komt tot halverwege mijn borst, het water kwam tot mijn schouders. Resultaat was een pak vol water. Het mocht de pret niet drukken. Tot half twaalf zou ik blijven en dat plan bleef staan.

Gelukkig was mijn investering niet voor niets. Tussen 22.00 en 23.30 uur kreeg ik nog twee aanbeten die ik beide zonder al te veel problemen kon verzilveren. Mijn lange glashengels hebben een enorm dempend vermogen en mijn lijn is afgestemd op deze stek. Twee schubs van respectievelijk 83 en 74 centimeter mochten even op de drijvende mat. De eerste een lange gespierde vis met een flinke staart, de tweede een aparte hoog gebouwde vis met in verhouding enorme kop. Hier op het grote water is het echt een mengelmoes van vissen. 

Even na half twaalf, na zo’n drie uren vissen, begon het opruimen en rond half een lag alles thuis weer op zijn plek. Een emmer voer had ik op de stek achtergelaten. Volgende week maar weer eens kijken of ik hier weer een vis in de gewenste gewichtsklasse kan vangen. Nog acht twintigers en een dertiger te gaan. Tot later!

vorige bericht    volgende bericht

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.