Wetenschappelijk rapport: over mais

Tijd weer voor wat wetenschappelijke informatie. Als tweede artikel in de serie verslagen van wetenschappelijke publicaties over karpervissen en aanverwante zaken heb ik besloten een samenvatting te maken van wat ik kan vinden over mais en het gebruik daarvan als voer voor karpers. Dit is immers een klassiek karperaas en het is ook nog eens prima betaalbaar. 

Mijn succesvolste dagen van dit jaar waren op voerplekken die met een flinke emmer mais gestart waren. En ik ben niet de enige. Succesverhalen met mais zijn er te over. Maar daarover gaat dit verslag niet. Ik probeer hier een wetenschappelijk sausje toe te voegen aan wat er al ge- en beschreven is. En enkele geruchten te ontkrachten.

Dit keer over mais dus. Veel leesplezier en reageren mag!


De wetenschap bekeken:

1) Wat is mais?

Mais is een soort graan. De zaden groeien in kolven aan de maisplant. Van deze plant bestaan ontzettend veel variëteiten, sommige planten worden bijvoorbeeld maar een halve meter hoog, andere meer dan 6 meter. Er zijn variaties die minikorreltjes produceren maar ook soorten waar korrels van 2,5 centimeter lang en breed op de kolven groeien. De variëteiten kunnen worden onderverdeeld in hoofdsoorten zoals dentmais, popcornmais en suikermais. Dentmais, ook wel tandmais, is de korrel die meestal voor diervoer wordt gebruikt en die wij vaak kopen voor karpervissen. Suikermais is de maissoort die in blik wordt verkocht voor menselijke consumptie. 

Als wij een zak mais kopen bij bijvoorbeeld een veevoerbedrijf bevat deze gedroogde maiskorrels. Door drogen is het vocht percentage teruggebracht van zo’n 30% naar ongeveer 15%1. Het voordeel van drogen is dat de korrels langer houdbaar zijn. Ongedroogde korrels zullen sneller gaan schimmelen. 

mais en het gebruik daarvan als voer voor karpers

20 kg mais voor kippen, perfect om karpers te verleiden

Gedroogde maiskorrels bestaan voor ongeveer 67% uit zetmeel, ongeveer 8% uit eiwit en zo´n 15% vocht2.  De resterende procenten worden gevuld met vitamines, vet en mineralen. Zetmeel is dus het voornaamste bestanddeel van een maiskorrel. Het eiwitgehalte is relatief laag, en de eiwitten die erin zitten zijn van matige kwaliteit.  Mais is vanwege het hoge gehalte aan zetmeel met name een bron van energie. De aanwezige eiwitten vormen hooguit een aanvulling op een normaal dieet van dieren

2) Vinden karpers mais aantrekkelijk?

De belangrijkste vraag die we wetenschappelijk willen beantwoorden is of karpers mais sowieso lekker vinden en dit graag eten of niet.

Een interessante studie is gepubliceerd in 2013 door Klefoth, Pieterek en Arlinghaus uit Berlijn3. Zij deden onderzoek naar de effecten van gevangen worden op spiegelkarper en schubkarper en deden enkele interessante “bij-observaties”. Zo zagen ze dat als ze dit experiment deden in vijvers, dat een aanzienlijk deel van de karpers gewoonweg nooit gevangen werd. 45% van de spiegelkarpers en 68% van de schubkarpers werd nooit gehaakt. Zij zagen verder in die studie dat de karpers zoete mais uit blik (Bonduelle) prefereren boven voerpellets met vismeel. De vissen aten tijdens metingen bijna twee keer zoveel mais als pellets. Dit ondanks de veel hogere voedingswaarde van de pellets. De onderzoekers geven de smaak als mogelijke reden, maar ze vermeldden dat het waarschijnlijker is dat karpers zachter eten prefereren boven hard voedsel. 

Hieronder heb ik een filmpje geplaatst uit dit experiment waarin gezien kan worden hoe de karpers reageren op voer dat in het water wordt gegooid, op gevangen worden aan mais, en hoe ze uiteindelijk de mais aan de haak laten liggen terwijl de rest van het voer nog gegeten wordt.

Nu weten wij natuurlijk al lang dat karpers gek zijn op zoete mais uit blik, maar hoe zit het dan met de harde korrels die wij kopen in grote zakken. De vraag is eten karpers ook graag harde mais?

Een leuke serie aquarium experimenten, die harde mais hebben vergeleken met andere graansoorten, is uitgevoerd door de Zuid Afrikaanse Philip Barnard4.  Hij testte van vijf verschillende plantaardige zaden of karpers een voorkeur hadden voor een bepaalde soort. De geteste granen waren mais, tarwe, rogge, triticale en sorghum.

van links naar rechts: mais, tarwe, rogge, triticale en sorghum

De granen werden gekookt en van de pulp kneedde hij een deegbal. In een aquarium met twee verschillende compartimenten plaatste hij een deegbal in 1 compartiment en (koi)karpers in het andere. Vervolgens werd een barricade tussen de compartimenten verwijderd en keek hij hoeveel karpers verplaatsten naar het compartiment met de deegbal. Zijn observaties waren dat na zowel 10 als na 30 minuten de deegbal van mais meer karpers had aangetrokken dan deeg van de andere graansoorten. Bij het experiment met mais gingen bijvoorbeeld meer dan 2 x zoveel karpers naar de deegbal als wanneer tarwe werd gebruikt. Karpers vinden mais blijkbaar lekkerder dan de andere geteste graansoorten zoals tarwe.

Een derde artikel dat aangeeft hoe goed mais werkt om karpers te lokken is een artikel uit Amerika gepubliceerd door Bajer en collegae in 20105. Zij deden experimenten in een ondiep en troebel meer van 40 hectare groot in Amerika (~800 x ~500 m). Een groep van 34 karpers uit het meer werd voorzien van een zender waarmee bepaald kon worden waar ze zich bevonden. Aanvankelijk verbleven de meeste karpers elk in een eigen deel van het meer en kwamen ze overdag niet of nauwelijks buiten dit gebied van ongeveer 100 x 70 meter.  ‘s Nachts was hun gebied iets groter maar nog steeds waren ze vrij honkvast. Dit veranderde toen op een gegeven moment een zak met gebroken mais in het meer werd gehangen op een plek die niet of nauwelijks door vissen werd bezocht. Ik heb even contact gehad met de onderzoeker en hij vertelde dat ze harde, droge, ongekookte mais gebruikten in een “laundry bag”, een zak van gaas dus. Deze zak was daardoor doorlatend voor mais, de karpers konden er korrels uit plukken. Na vier dagen werd de zak met mais al door 6 van de 34 karpers bezocht. Na 6 dagen kwamen al 13 karpers op bezoek, en dit aantal nam toe tot 21 van de 34 karpers na 10 dagen. Overdag werd de zak nauwelijks bezocht, bezoeken vonden met name ‘s nachts plaats. De conclusie is dat karpers op de een of andere manier heel snel leren dat er zich ergens een voedselbron bevindt en dat ze dit moeiteloos weten te vinden, ook in het donker en in troebel water. Het lijkt er op dat vissen elkaar beïnvloeden, dat ze van elkaar leren. Ook blijft mais blijkbaar gedurende langere tijd interessant ondanks de relatief lage voedingswaarde. Er was maar 1 vis die 1 nacht niet terugkwam bij de zak met mais, de overige vissen bleven iedere dag terugkeren.

Goed, de conclusie is dus dat karpers gek zijn op mais, meer nog dan op andere geteste graansoorten en dat ze in ieder geval in bovenstaand experiment ook terug blijven komen als ergens een continue aanbod van mais beschikbaar is. Het is ook duidelijk dat karpers zowel droge harde mais lekker vinden als ook gekookte mais en zoete mais uit blik. Maar hoe zit dat dan met dat bewerken, heeft koken een voordeel of is het niet nodig?

3) Moeten we mais bewerken?

Vaak wordt mais geweekt en dan gekookt. Dit koken heeft enkele effecten waardoor het mais aantrekkelijker wordt:

  1. Door koken worden lange zetmeelketens in mais uit elkaar getrokken waardoor er water tussen kan komen. Het zetmeel gelatineert hierdoor. Een deel zal wateroplosbaar worden en kan dan dus ook geproefd worden door karpers6. De verteerbaarheid van zetmeel stijgt van rond de 70% voor rauwe granen naar zo’n 90% voor gekookte granen7. Koken maakt aas zoals mais dus “lekkerder” en beter verteerbaar.  
  2. Een ander voordeel van zaden weken en koken is dat sommige stoffen die schadelijk zijn worden geneutraliseerd. Met name in sommige plantaardige producten zoals granen en zaden komen bepaalde giftige stoffen voor. Een geringe hoeveelheid van dit soort stofjes kan geen kwaad in een gevarieerd menu, maar als we ergens veel van eten is het beter dit stofje uit te schakelen. Ook dat gebeurt als we de producten eerst  weken en vervolgens koken8
  3. Koken maakt mais zachter, het is gemakkelijker te consumeren en karpers hebben een voorkeur voor zacht aas boven hard aas9

Om te beoordelen of karpers inderdaad een voorkeur hebben voor gekookte mais boven rauwe mais herhaalde eerder genoemde Barnard4 zijn experiment met een aquarium verdeeld in twee compartimenten. Hij vergeleek dit keer deeg van rauwe mais en deeg van gekookte mais. Hij vond dat gekookte mais aantrekkelijker was dan rauwe mais. Ongeveer twee keer zoveel vissen kwamen op de gekookte mais af. Conclusie uit dit experiment is dus, zoals verwacht, dat karpers gekookte mais lijken te prefereren boven ongekookte mais of andere granen.

Uit het eerder genoemde experiment van Bajer et al5 die een zak ongekookte droge harde mais in een meer hing bleek echter ook al dat ongekookt mais dagenlang karpers kan blijven aantrekken. Koken is dus niet essentieel.

Een interessante observatie met betrekking tot bewerken van maismeel in voedsel is gedaan door Hernandez en collega’s in 199410. In een Japans experiment werd 40% maismeel toegevoegd aan het voer van karpers. Dit maismeel was in een deel van het voer rauw, maar er werd ook voer met geëxtrudeerd maismeel bereid. Geëxtrudeerd betekent dat het meel onder druk verhit is geweest. Ook hierdoor gelatineert het zetmeel. Hernandez vond dat karpers het geëxtrudeerde maismeel inderdaad gemakkelijker en beter konden verteren, maar ook dat de karpers vanwege de betere verteerbaarheid minder voer tot zich namen. Ze aten zo’n 14% minder als er meer geëxtrudeerd maismeel in zat. Of ze een voorkeur hadden voor voer met rauw dan wel geëxtrudeerd zetmeel is niet onderzocht.

Conclusies:

Conclusies van de onderzoeken bevestigen eigenlijk wat we al wisten. Karpers eten graag mais. De experimenten van Barnard laten zien dat karpers mais zelfs lekkerder vinden dan andere graansoorten en dat gekookte mais geprefereerd wordt boven ongekookte mais. Klefoth laat zien dat zachtere mais lekkerder gevonden lijkt te worden dan harde pellets. Mais koken is echter geen noodzaak, het experiment van Bajer toont aan dat ook een voerplek van gebroken droge harde mais karpers dagenlang kan blijven trekken.

Een hardnekkig gerucht dat ongekookte mais in de maag van karpers zou opzwellen en tot problemen zou leiden kan rechtstreeks naar het rijk der fabelen verwezen worden. Buiten het feit dat een karper geen maag heeft is er geen enkele reden te denken dat mais na het eten zomaar enorm zou opzwellen. Het echte opzwellen van partikels gebeurt bij het verhitten waarbij water het zetmeel in kan dringen en de structuur van zetmeel wezenlijk verandert. Bij weken, dus zonder verhitten, zal hooguit de geringe afname van volume die bij drogen optreedt teniet gedaan worden. Dit is bij mais een verschil van ongeveer 15%. Het eerder genoemde artikel van Bajer laat ook zien dat karpers dagen op rij blijven terugkomen om te eten van ongekookte droge mais zonder dat dit fysieke problemen geeft. Koken maakt mais lekkerder, neutraliseert anti-nutriënten, maakt het zachter, maar het is duidelijk niet essentieel om karpers te lokken en voeden.

De observatie dat aas met gegelatineerd maismeel beter verteert en dat karpers vanwege de hogere voedingswaarde van dit aas er minder van gaan eten is interessant. Immers minder eten betekent moeilijker te vangen3. Misschien moeten we onze boilies toch zo rauw mogelijk aanbieden. Alternatief zou kunnen zijn gewoon minder voedingswaarde in onze boilies te stoppen en meer onverteerbare bestanddelen toe te voegen. Dit is echter allemaal speculatie. 

Voor zover dit verhaal over mais. Ik zal het spul zeker blijven gebruiken. Zelf week ik het meestal een dag en kook het daarna 20 minuten voordat ik het gebruik. Voor 50 cent per kilo een prima bulk-materiaal om een voerplek mee te maken. Het kan echter ook heel goed als aas gebruikt worden. Veel succes!

Een dagje weken

Referenties:

1: Odjo S.D.P., Malumba P.K., Beckers, Y., en Béra F. Inpact of drying and heat treatment on the feeding value of corn. A review. Biotechnol. Agron. Soc. Environ. 2015 19 (3) pp 301-312

2: Cowieson, A.J. Factors that affect the nutritional value of maize for broilers, Animal Feed Science and Technology 2005, 119, 293-305

3: Klefoth, T., Pieterek, T., Arlinghaus, R., Impacts of domestication on angling vulnerability of common carp, Cyprinus Carpio: the role of learning, foraging behaviour and food preferences, 2013, Fisheries Management and Ecology, 20, pp 174-186

4: Barnard, P. Gustatory and Olfactory Feeding Responces [i.e. Responses] in Japanese Koi Carp (Cyprinus Carpio) 2006 University of Stellenbosch (link)

5: Bajer P.G., Lim, H., Travaline M.J., Miller, B.D. en Sorensen P.W., Cognitive aspects of food searching behavior in free-ranging Common Carp, Environ Biol Fish 2010, 88, pp 295-300

6: Lineback D.R., Current Concepts of Starch Structure and it’s Impact on Properties, 1986., J. Jpn. Soc. Starch Sci., 33(1), pp 80-88 

7: Przybyl, A., Mazurkiewicz, J. Nutritive value of cereals in feeds for common carp (Cyprinus Carpio L.) Czech J. Anim Sci 2004, 49 (7) pp 307-314

8: Gupta, R.K., Gangoliya, S.S., en Singh N.K. Reduction of phytic acid and enhancement of bioavailable micronutrients in food grains, J. Food Sci Technol 2015, 52(2) pp 676-684.

9: Sibbing, F.A., Specializations and limitations in the utilization of food resources by the carp, Cyprinus Carpio: a study of oral food processing, Environmental Biology of fishes 1988, 22(3) pp 161-178

10: Hernandez M, Takeuchi T en Watanabe T., Effect of gelatinized corn meal as a carbohydrate source on growth performance, intestinal evacuation and starch digestion in common carp, Fisheries science 1994,  60 (5) pp 579-582

 

 

2 gedachten over “Wetenschappelijk rapport: over mais

    • Hoi Marcel. Zelf wil ik de mais na het koken nog wel eens een nachtje laten afkoelen in een grote pan met een flinke scheut melasse er in. Zeker op water waar niet al te veel witvis zit kun je zo met smaakjes je korrels een alternatief label geven. Ik heb pas gelezen over een Engelse visser die zijn tijgernoten weekte en kookte in cola. Dat zou misschien met mais ook kunnen. En ik heb wel eens gehoord dat mais een kleurtje geven met wat (vloeibare) kleurstof ook tot verrassende effecten kan leiden op een water waar de vissen het klappen van de zweep goed kennen. Hier heb ik zelf echter geen ervaring mee. Succes!

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.