Mijn favoriete voorbereiding voor het karpervissen op de Vecht is momenteel vier keer voeren voordat ik ga vissen. Liefst voer ik de eerste twee à drie keer een lading mais in combinatie met boilies en daarna uitsluitend boilies. Vanwege een groep jongelui die mijn visstek als hangplek hadden uitgekozen besloot ik mijn derde keer voeren uit te stellen. Ik ga niet met een emmer voer staan smijten tussen een groep van 15 jongelui. In plaats van dinsdagavond besloot ik woensdagochtend dan maar vroeg te voeren. Om 7 uur ‘s ochtends ging de emmer mais en boilies te water. Woensdagavond volgde nog eens een kilo boilies en donderdagochtend nog eens een pond. Gisteravond ging ik vervolgens vissen.
Even na negenen lagen beide hengels in. De ene vlak achter het riet op zo’n 1,20 meter diepte, de andere op zo’n vijf meter uit de kant waar ruim 2,5 meter water staat. Beide hengels met een verticale boltrig en aan beide rigjes een 24mm Red Bullie. Een paar handen boiliekruim en wat halve boilies eromheen moesten de karpers attenderen op het lekkers dat er lag.
Van de meerkoeten had ik dit keer weinig last. Omdat ik de laatste dagen ook ‘s ochtends voerde hebben ze de hele dag de tijd gehad om boilies te eten. De honger was dus veel minder groot bij mijn arriveren.
Van brasems had ik trouwens ook minder last dan de vorige keren. Mijn grotere boilies (24mm i.p.v. 18) zijn toch weer wat selectiever. Slechts vier keer mocht ik zo’n lap vis onthaken. Wel heb ik voor het eerst dit jaar wat last van rivierkreeftjes. Elk uur leg ik opnieuw even in en een paar keer was duidelijk dat een kreeftje de boilie gedeeltelijk had gesloopt. Er waren duidelijk hapjes uit genomen.
Mijn blog is een mooi naslagwerk wat betreft eerdere vangsten. Uit ervaring weet ik dat tussen 11 uur ‘s avonds en 1 uur ‘s nachts de meeste aanbeten komen. Een piep om 5 over 11 zorgde dat ik scherp als een mes achter de hengels zat. Helaas volgde geen aanbeet.
Het plan was om tot half 2 te vissen. Het was drie kwartier eerder, rond kwart voor 1 dus, dat de verlossende aanbeet kwam. Een paar piepjes gingen over in een rustige run, een karper had de Red Bullie van mijn linker hengel die het verst uit de kant lag gepakt. De vis deed ook nadat ik de hengel had gepakt rustig aan. Een paar keer moest de slip wat lijn vrijgeven maar meer dan een meter of twee drie was het niet. Toen ik de vis boven het net trok en ik voor het eerst kon zien wat er aan de haak zat verbaasde het me niet dat het weer de bekende rijenkarper was.
Al drie keer eerder ving ik deze vis, de laatste keer was in mei van dit jaar. U kunt hier het verslag van die vangst lezen. Ik had de vis al herkend aan de manier van vechten tijdens de dril.
Op de mat zag ik dat de vis de afgelopen maanden flink was aangekomen. Misschien wel door mijn voerinspanningen. De vis had een flinke buik ontwikkeld. Met een lengte van 82 cm en een gewicht van 12,9 kilogram was het nog niet de gewenste 30 ponder, maar met 25,8 pond zit er wel een stijgende lijn in mijn vangsten. Mijn vriendin was weer bereid om een paar plaatjes te komen schieten. Met dank aan haar kan ik u onderstaande foto’s laten zien. Dit keer maar eens de rechterkant. De linkerkant kan ik ondertussen wel dromen.
Ik blijf het fascinerend vinden dat op een rivier van 40 km lengte, en die ook nog eens in open verbinding staat met bijvoorbeeld het Amsterdam Rijnkanaal, je een vis zo regelmatig weer tegenkomt. Deze vis is duidelijk erg honkvast en trapt er steeds weer in. Misschien moet ik volgende Vechtpogingen op een andere stek doen. Overigens is duidelijk dat de vangsten nauwelijks tot geen schade aanrichten. Hieronder een close-up van het smoelwerk van de vis. Het minuscule gaatje van de haak is nauwelijks zichtbaar. Van eerdere vangsten is geen bewijs zichtbaar.
Zaterdag wordt er opnieuw gevist, wederom met de Red Bullie, maar op een ander water. Daar heb ik ondertussen drie dagen zowel ‘s ochtends als ‘s avonds een kilo gevoerd. Ik ben erg benieuwd wat dat morgen gaat opleveren. Ik spreek u later weer, tot dan!